Armenië - Reisverhalen
Naar Yerevan
Hoe verder we zuidwaarts van Tbilisi rijden, hoe dieper de putten in de
weg worden. Moeizaam denderen we hortend en stotend voort over de aan flarden
gereden asfalt, terwijl we verroeste Lada`s proberen te ontwijken die van
alle richtingen uit de putten komen gekropen. Verloederde dorpen vol lummelende
werklozen schokken voorbij. Een oude boer met verweerd gezicht, stoot me
aan en roept educatief "shashlik !" terwijl zijn behaarde vinger
tussen de hobbels door probeert het varkentje aan te wijzen dat langs de
weg geniet van zijn modderbad.
De
passagiers van het busje benutten verschillende technieken om een rugbreuk
te voorkomen. De meesten klampen zich krampachtig vast aan alles wat
nog maar enigszins vast zit, als op een schip ten prooi van een zware
storm. Ik pas eigenwijs de draf-techniek toe, waarbij ik handenvrij met
mijn heupen probeer het ritme van de bus te volgen, wat mij bij paarden
vroeger aardig lukte. Mijn hoofd dat door het wispelturige ritme van
de bus al herhaaldelijk vloekend kennismaakte met het plafond heeft mij
nog niet kunnen overtuigen dat ik misschien beter het voorbeeld van mijn
medepassagiers zou volgen. In elk geval zijn er totnogtoe met beide technieken
nog geen ruggen gesneuveld.
De Armeense grens verloopt opvallend vlot en tot mijn opluchting eisen de grenswachten niet dat ik het nut van elk pilletje uit mijn uitgebreide reisapotheek voor hen uitbeeld.
Op Armeens grondgebied vertienvoudigt onze snelheid, maar door het uitermate
golvende karakter van de weg krijg ik last van een moeilijk bedwingbare
zeeziekte. Dromerig boerend dwaal ik weg in de dorre bergen en het kabbelende
riviertje dat voorbijwiegt. Voor het eerst in mijn leven weken gelige
walmen uit de smerige schoorsteen van een verroest chemisch complex een
glimlach bij me los. De fabrieken leven hier ! In Georgie lagen ze er
steeds doods en vervallen bij, met alle treurige gevolgen vandien voor
de bevolking.
De tankstations van het nachtelijke Yerevan lijken op blitse discotheken,
gewurgd door een overmacht aan veelkleurige neonbuizen. Dank zij de kerncentrale
van Metzamor, een model uit de Chernobyl-tijd, is er voorlopig elektriciteit
in overvloed, een luxe waar de Armeniers gretig gebruik van maken.
In het
met vervallen communistisch hout gevulde torenhotel waar ik mijn intrek
neem, slagen de technici er dan ook al na een halfuurtje in het lichtpeertje
van mijn kamer weer tot leven te wekken. Op stromend water hoef ik echter
niet te rekenen. Gelukkig zijn de badkuip en de emmers errond nog goedgevuld.
Het verfrissende vocht stroomt ongeveer 1 uur per dag uit de Yerevaanse
kranen, die continu openstaan omdat het moment waarop dit wonder geschiedt
niet te voorspellen is. Tijdens dit miraculeuse uur verbruiken ze meer
water dan wij op een ganse dag, dan wordt de hitte weggedoucht, tuinen
vruchtbaar gesproeid, schotels en kleren gewassen en de badkuip hervuld
om het volgende etmaal van droogte door te komen. Omdat de waterleidingen
in zo`n slechte staat zijn weigeren de meeste Armeniers te betalen voor
water, waardoor de Italiaanse firma die het systeem per vergissing heeft
opgekocht, niet wil investeren.
Trillend op de knarsend ronddraaiende vloer van het torenrestaurant probeer
ik even later samen met de Azerbaijaanse serveerster de in het Armeens
opgestelde menukaart te ontcijferen. Ze kijkt even debiel naar de hoekige
lettertjes als ik, maar kan zich gelukkig herinneren dat er Shashlik
is. Als gemakkelijke klant volg ik gedwee het wijze advies van de ober.
Net zoals de Georgiers hebben de Armeniers een eigen uniek alfabet dat
een groot deel van hun identiteit en nationale trots vormt. Ze durven
zelfs beweren dat hun volksheld Mashtots, die in de 5de eeuw hun alfabet
uitvond, op vraag van de jaloerse Georgiers voor hen een soort spahettivormig
tweedekeus alfabet uit zijn mouw schudde. Met een kleine insinuatie in
de richting van gelijkenis tussen beide alfabetten kun je de Georgiers
dan ook aardig op stang jagen.
Als ik de volgende dag in de blakende
zon tussen de honderden gezellige terrasjes verspreid over de vele parken
van Yerevan dwaal, stel ik vast dat dit een veel properder stad is dan
Tbilisi. De slenterende Armeniers lijken een beetje op Grieken en vooral
in hun gerechten en muziek zijn veel Oosterse invloeden blijven hangen.
Ondanks de medogenloze economische blokkade van twee van de Armeense
buurlanden, Turkije en Azerbaijan, straalt haar hoofdstad een zekere
rijkdom uit. Vermoedelijk komt deze voor een groot deel voort uit de
financiele steun van meer dan de helft van de Armeense bevolking die
tegenwoordig in het buitenland woont. Nadat de Turken in 1915 anderhalf
miljoen Armeniers afslachtten en een groot deel van hun grondgebied afnamen,
zijn velen gevlucht. Net als de joden hebben vele Armeniers uit de diaspora
het als geslepen onderhandelaars gemaakt in de zakenwereld.
Als ik de volgende dag tijdens mijn bezoek aan de heilige kathedraal
van Echmiadzin en het duistere Geghard klooster een praatje maak met
de talrijke toeristen uit de VS, Frankrijk, Rusland en Libanon, blijken
het uiteindelijk allemaal uitgeweken Armeniers te zijn. Als eerste land
ter wereld dat het Christendom als staatsgodsdienst aannam, vieren de
Armeniers dit jaar 1700jaar Christendom. Vele Armeniers uit de diaspora
maken van die gelegenheid gebruik om na vele jaren of soms voor het eerst
hun vaderland met een bezoek te vereren. Ze tonen me op een kleurrijk
kaartje vol chauvenisme de mooiste plekjes van hun land. Ik bemerk dat
de betwistte Armeense enclave Nagorno-Karabakh erop als een embryo aan
het Armeense moederland vasthangt via een smalle navelstreng. De Azeri`s
zijn, met overtuigende steun van hun broeders, de Turken, nog steeds
razend over de bezetting door de Armeniers van dit stukje Azerbaijan.
Ook de Turks-Armeense vijandschap werd er enkel groter door.
Bij valavond zijg ik uitgeput neer in mijn communistische zetel en geniet vanaf mijn panoramisch balkon van de wonderlijke aanblik van de heilige Armeense berg Ararat, die zijn 5165 meter hoge sneeuwtop vanuit Turkije uit de vlakte laat verrijzen.
Onder de Armeniërs
De voorbije week bracht ik door in Yerevan, in het heel aangename gezelschap van enkele repatriates, jongeren uit de Armeense diaspora die uit Los Angeles, Boston, Canada en Australie zijn teruggekeerd naar hun mysterieuse moederland, op zoek naar hun roots.
Voor het eerst sinds het begin van mij reis voelde ik me ook echt thuis, `s avonds met enkele vrienden een live salsa optreden bekijken, een gezellig restaurantje opzoeken of gewoon thuis wat praten en zoute koekjes knabbelen. Enkel het werken moest ik missen.
En toch had ik bij al deze Westerse geneugten niet het gevoel de sensaties en ontdekkingen van het reizen te missen. De repatriates bleken al snel wel degelijk ook Armeniers die, alhoewel het hen door taal -en culturele verschillen niet zo vlot als verwacht lukt om te verbroederen met de lokale Armeniers, toch heel veel met hen gemeen hebben. Voor mij was het in elk geval een heel boeiende ervaring, zo`n Westerse soort lokale bevolking. En ook zij bleken gefascineerd door hun Armeense identiteit en dit afgelegen en verborgen moederland waarvoor ze een toekomst proberen op te bouwen.
Gisteren heb ik met hen en enkele bevriende Hayastani`s (lokale Armeniers) de jaarlijkse bedevaart naar het Genocide Monument gemaakt. Samen met zo`n 300.000 andere Armeniers legden we een bloem op de reusachtige stapel (zie foto) rond de vlam die de naar schatting 1.5 miljoen Armeense doden herdenkt die in 1915 vielen in Kilikia, het huidige Oost-Turkije.
25 april 2002 vanuit Yerevan, Armenie
Steak Archiduc
Als ik Gayane, de grootmoeder waarbij ik hier in Yerevan logeer, vertel dat ik vanavond voor haar Belgisch eten wil koken, kijkt ze vreemd op. In het traditionele Armeense rollenpatroon is het erg ongebruikelijk dat een man een dergelijk verwijfd voorstel doet. Ze staart me dan ook aan alsof ik haar in traverstietenkleren kom vragen hoe ze die vindt.
Na wat culturele uitwisseling week ik uiteindelijk haar toestemming te verkrijgen en beloof plechtig, moge God haar dat besparen, dat ik absoluut niet zal helpen bij het wassen van de schotels.
Ik besluit het simpel te houden bij een champignonsteak met gebakken aardappeltjes en trek de stad in om de nodige ingredienten bijeen te haspelen. Bij de tiende worstenverkoper die me hoofdschuddend doorverwijst moet ik met spijt in het hart biefstuk als onvindbaar verklaren en stel me tevreden met varkensfilet vermomd als dure worst.
Champignons, een exclusieve delicatesse hier zo leer ik, is al bijna even onvindbaar tot ik in een sjieke luxewinkel een half kilootje kan op de kop tikken. De winkels die me eerst zo goed bevoorraad leken blijken duidelijk belangrijke hiaten te vertonen als ook room onvindbaar is. Ik moet me morrend tevredenstellen met smetana, een soort platte kaas die naar yoghurt smaakt. Gelukkig dat patatten, wellicht dank zij de Soviet overheersing, overvloedig te vinden zijn.
Gayane voelt zich nog steeds wat ongemakkelijk als ik `s avonds enthousiast mijn kookkunsten tentoonsprei. Ze begrijpt ook niet waarom ik die aardappelen niet gewoon met wat olie in de pan gooi. "Aardappelen koken ! Wat gaan we nog allemaal moeten meemaken !", denkt ze.
Als we aan het knusse tafeltje tenmidden van de vele schilderijen en beeldhouwwerken van haar overleden echtgenoot aanschuiven, verschijnt er een glimlach op haar gezicht. Ze duikt haar kamer in en komt terug met een enorme bokaal huisgestookte bessenvodka. We toosten op elkaars gezondheid en terwijl het gebroken ijs van tussen ons wegdrijft storten we ons gulzig schrokkend, smakkend en boerend op de Armeens-Belgische steak archiduc.
21 april 2002 vanuit Yerevan, Armenie
Nagorno-Karabakh
Alhoewel de oorlog in Nagorno-Karabakh al 7 jaar achter de rug is zijn de littekens die de hevige strijd tussen de Christelijke Armeniers en de Islamitische Azeri`s naliet nog duidelijk zichtbaar. Langs de weg van de hoofdstad Stepanakert naar Martakert duiken spookdorpen op uit de dichte mist. Het zijn de verwoeste woningen en moskeeen van Azeri`s die nu allen zijn gedood of uitgedreven naar Azerbaijan, terwijl de daar wonende Armeniers hetzelfde lot ondergingen.
Tegenwoordig probeert Nagorno-Karabakh zich toeristisch te verkopen als het zoveelste "Tweede Zwitserland", alhoewel de mistige mosgroene heuvels mij eerder aan de schotse hooglanden doen denken.
De voorbije dagen mocht ik genieten van de gastvrijheid en het lekkere landelijke eten van Karabakhse boeren in Vank, een dorpje aan de voet van het prachtige Gandasar klooster. Eens de Italiaanse firma de omliggende heuvels zal ontmijnd hebben zal dit een schitterend campeergebied zijn vol diep in de bossen verborgen eeuwenoude kerkjes.
17 april 2002 vanuit Stepanakert, Nagorno-Karabakh
Kapan
"Communistische armoede" is nog steeds een stuk erger dan "kapitalistische armoede" vind ik, om de koude oorlog termen waaraan de vaalroze Armeense flatblokken mij herinneren nog eens uit de kast te halen.
Hier in Kapan, een stadje in Zuid Armenie, zijn er geen uitschieters in de armoede, geen gegoede middenklasse waarnaar de armen hoopvol kunnen opkijken, zich optrekkend aan de gedachte dat het mogelijk is om welvaart te bereiken. Hier is iedereen arm.
De Univermag, het grootwarenhuis uit Sovjet tijd, is uitgedund tot een drietal schaars gevulde toonbanken, de helft van de andere winkels zijn verroeste kioskkruideniers.
In deze stad waar aan de Sovjetblokken te zien toch een paar tienduizend zielen moeten wonen, is geen enkele hap warm eten te vinden, er zijn geen restaurants, geen snackbars, geen hotdogkraampjes, zodat ik, ondanks mijn dikke geldbuidel, net als iedereen in mijn simple hotelkamertje een koude homp brood en wat bergkaas binnenprop. Gelukkig bracht de concierge, in ruil voor een bijdrage, een elektrisch kacheltje dat ik aanbid als een god in de duisternis voor de twee meter warmte dat het me schenkt.
9 april 2002 vanuit Yerevan, Armenie
Reisgids en Foto's Armenië
Praktische
reis informatie over Reizen in Armenie, accommodatie, bezienswaardigheden, transport en grensovergangen vind je in de
Reisgids Armenie
Fotografie met photos uit Armenia vind je op de
foto pagina Foto's uit Armenie.